Soera at-Tawba, ook bekend als het Hoofdstuk van Berouw, is het negende hoofdstuk van de Koran. Dit hoofdstuk richt zich voornamelijk op thema's die te maken hebben met berouw, vergeving, oorlogvoering en de verplichtingen van gelovigen tegenover ongelovigen. Het bestaat uit 129 verzen en is een van de langere hoofdstukken in de Koran.

Het hoofdstuk begint met een verklaring dat men zich distantieert van overeenkomsten met veelgodenaanbidders en benadrukt het belang van het nakomen van zijn verplichtingen tegenover God. Het bespreekt ook het concept van berouw en benadrukt de genade en vergeving van God voor hen die oprecht berouw zoeken.

Soera at-Tawba behandelt ook het onderwerp oorlogvoering en geeft richtlijnen voor defensieve acties tegen agressors. Het benadrukt het belang van het opstaan tegen onrechtvaardigheid en het verdedigen van de moslimgemeenschap wanneer deze bedreigd wordt, terwijl er ook gepleit wordt voor vrede en verzoening waar mogelijk.

Het hoofdstuk bespreekt de verplichtingen van gelovigen tegenover ongelovigen en spoort hen aan om anderen met wijsheid en goed gedrag uit te nodigen tot de Islam. Het benadrukt de noodzaak van geduld en volharding in het aangezicht van tegenspoed en tegenstand.

Over het geheel genomen dient Soera at-Tawba als een herinnering aan het belang van berouw, standvastigheid in het geloof en het opkomen voor rechtvaardigheid. Het moedigt gelovigen aan om hun principes hoog te houden en tegelijkertijd te streven naar vrede en begrip met anderen.