
Sign up to save your podcasts
Or
2 Korintiërs (5 minuten)
Van de brieven die Paulus aan de gemeente in Korinte heeft geschreven, zijn er twee bewaard gebleven. Over de eerste hebben we het in het vorige hoofdstuk gehad. We weten echter dat er veel meer contact is geweest tussen de kerkleden in het Griekse Korinte en de apostel Paulus. Hij was deze kerk zelf gestart, maar van een leien dakje ging het allemaal niet. Zeker niet nadat hij leiders had aangesteld en zelf was doorgereisd naar de volgende stad. Er kwamen bij herhaling berichten dat het niet goed ging.
De kerk moest dus worden gecorrigeerd. Helaas reageerden de meeste kerkleden niet erg positief op Paulus’ pogingen hen van afstand te besturen. De brief die we hiervoor hebben besproken, werd grotendeels afgewezen. Dus stuurde Paulus medewerkers en minimaal nog een brief. Hij ging zelf ook nog een keer terug, en dat was een ‘pijnlijk’ bezoek, zoals hij dat zelf omschrijft in 2 Korintiërs.
Uiteindelijk ging een groot deel van de christenen in Korinte inzien dat Paulus gelijk had. Maar niet iedereen. Sommigen probeerden Paulus nog steeds door het slijk te halen. De tweede brief aan Korinte die in de Bijbel is opgenomen, is waarschijnlijk geschreven in het jaar 55 of 56. Paulus wil de Korintiërs laten zien dat hij nog steeds van hen houdt en met hen verder wil. Tegelijk grijpt hij de gelegenheid aan om zich te verdedigen tegen de mensen die achterbakse dingen over hem zeggen.
Verzoening met de gemeente
De brief bestaat uit drie delen. In het eerste deel verzoent Paulus zich met de gemeente. Hij zegt blij te zijn dat ze tot inkeer zijn gekomen, maar vraagt zich hardop af waarom ze het conflict met hem zochten. Het heeft te maken met de ‘schijnapostelen’ die zijn gekomen. Dat zijn de mensen die achter zijn rug om slecht over hem praten. Hun evangelie klopt niet en ze proberen aan invloed te winnen. In tegenstelling tot Paulus zijn dit rijke, succesvolle mannen, die ook nog eens goed in het openbaar kunnen spreken.
Paulus toont aan dat de christenen in Korinte te werelds denken. Ze moeten juist de waarden en normen van het koninkrijk van God volgen. Het gaat niet om je status of je vaardigheden. Het is veel belangrijker dat je nederig bent en de ander dient. Toen Paulus naar Korinte kwam, was het niet zijn doel om zelf indruk te maken. Nee, hij wilde laten zien hoe indrukwekkend Jezus is. Jezus zelf gaf het goede voorbeeld door zijn troon in de hemel op te geven en als een slaaf naar deze aarde te komen. Paulus wil Hem navolgen, leeft daarom nederig en dient zo de Korintiërs.
Vrijgevigheid en schijnapostelen
Daarna schakelt Paulus naar een ander heikel thema: vrijgevigheid. De christenen in Jeruzalem waren getroffen door een hongersnood en hadden grote tekorten. Terwijl andere kerken in de regio collectes hielden om hun broeders en zusters te helpen, deden ze dat in Korinte in eerste instantie niet. Paulus vindt dat vreemd, want ‘Jezus werd arm omwille van ons, zodat wij rijk konden worden. Hij stierf als een arme slaaf, wij werden rijk door genade’. Hij gebruikt hier financiële termen om uit te leggen wat Jezus voor ons heeft gedaan. In de brief aan de Romeinen lezen we dat de christenen in Korinte uiteindelijk wel een collecte hebben gehouden voor Jeruzalem.
Tot slot rekent Paulus af met de schijnapostelen. Deze mannen laten zich voorstaan op hun afkomst en Bijbelkennis, maar ze moeten het toch afleggen tegen Paulus. Hij kent het hele Oude Testament uit zijn hoofd. Hij heeft zelf tijd doorgebracht met de opgestane Jezus en heeft Jezus ook in visioenen gezien. Het belangrijkste is echter dat Paulus zijn hele leven in dienst heeft gesteld van het evangelie. Hij heeft altijd zijn eigen broek opgehouden en nooit om geld gevraagd, in tegenstelling tot de valse apostelen.
Het lijkt bijna alsof Paulus er spijt van krijgt dat hij zich zo laat gaan. Alles wat hij net heeft gezegd, telt eigenlijk niet. Paulus is zwak en heeft vele tekortkomingen. Dat is echter juist zijn kracht, want God kan veel beter werken door zwakke mensen heen. In hun zwakheid wordt Gods kracht zichtbaar. Paulus roept de lezer / luisteraar op om zichzelf te onderzoeken
Prachtige beelden van God, Jezus en heilige Geest
Hoewel de brief leest als een reactie op discussies die gaande zijn, zitten er ook veel pareltjes van wijsheid in. Als je de tekst met aandacht bekijkt of luistert, dan zie je dat Paulus een prachtig beeld van God de Vader, Jezus de Zoon en de heilige Geest schildert.
God is een Trooster, de Schepper, heeft Jezus opgewekt uit de dood en zal gelovigen ook laten opstaan. Jezus heeft geleden voor ons, heeft Gods beloften vervuld, is de Heer die Gods licht laat schijnen in ons hart en is omwille van ons arm geworden. De heilige Geest is God en het bewijs dat de gelovige gered is.
Gods tegenstrever, Satan, wordt ook benoemd. Hij is de ‘god van deze wereld’ (met een kleine ‘g’!), een bedrieger en de leider van de hemelse en menselijke bedriegers. Paulus zegt in feite dat Satan zeker macht heeft. Hij beïnvloedt mensen die niet aan Gods kant staan. Hij heeft ook een leger demonen. Dat zijn de engelen die Satan zijn gevolgd toen hij in opstand kwam tegen God. Toch is zijn macht beperkt en, zoals we verder in de Bijbel zullen zien, tijdelijk.
Het evangelie in één vers
In hoofdstuk 5, vers 21 vat Paulus bovendien het hele evangelie samen in één vers:
‘God heeft Hem die de zonde niet kende voor ons één gemaakt met de zonde, zodat wij door Hem rechtvaardig voor God konden worden.’
Ofwel: Jezus was zonder zonde en hoefde niet te sterven. Maar Hij nam de zonde op zich, zodat wij zondeloos konden worden. Hij stierf in onze plaats, waardoor wij - net als Hij - bij God mogen horen.
Twee hoofdstukken verder zegt Paulus hoe wij moeten reageren op dat offer: we moeten tot inkeer komen. Een ander woord dat vaak wordt gebruikt is: ‘bekeren’. Je kunt dat ook vertalen met ‘omkeren’. We lopen als het ware op een pad naar de zonde en moeten ons omkeren en weer naar God lopen. Wij kunnen dat doen, omdat Jezus de prijs heeft betaald voor de zonde.
Dat is een cadeau dat wij mogen aannemen en uitpakken. Het is gratis, maar niet goedkoop.
2 Korintiërs (5 minuten)
Van de brieven die Paulus aan de gemeente in Korinte heeft geschreven, zijn er twee bewaard gebleven. Over de eerste hebben we het in het vorige hoofdstuk gehad. We weten echter dat er veel meer contact is geweest tussen de kerkleden in het Griekse Korinte en de apostel Paulus. Hij was deze kerk zelf gestart, maar van een leien dakje ging het allemaal niet. Zeker niet nadat hij leiders had aangesteld en zelf was doorgereisd naar de volgende stad. Er kwamen bij herhaling berichten dat het niet goed ging.
De kerk moest dus worden gecorrigeerd. Helaas reageerden de meeste kerkleden niet erg positief op Paulus’ pogingen hen van afstand te besturen. De brief die we hiervoor hebben besproken, werd grotendeels afgewezen. Dus stuurde Paulus medewerkers en minimaal nog een brief. Hij ging zelf ook nog een keer terug, en dat was een ‘pijnlijk’ bezoek, zoals hij dat zelf omschrijft in 2 Korintiërs.
Uiteindelijk ging een groot deel van de christenen in Korinte inzien dat Paulus gelijk had. Maar niet iedereen. Sommigen probeerden Paulus nog steeds door het slijk te halen. De tweede brief aan Korinte die in de Bijbel is opgenomen, is waarschijnlijk geschreven in het jaar 55 of 56. Paulus wil de Korintiërs laten zien dat hij nog steeds van hen houdt en met hen verder wil. Tegelijk grijpt hij de gelegenheid aan om zich te verdedigen tegen de mensen die achterbakse dingen over hem zeggen.
Verzoening met de gemeente
De brief bestaat uit drie delen. In het eerste deel verzoent Paulus zich met de gemeente. Hij zegt blij te zijn dat ze tot inkeer zijn gekomen, maar vraagt zich hardop af waarom ze het conflict met hem zochten. Het heeft te maken met de ‘schijnapostelen’ die zijn gekomen. Dat zijn de mensen die achter zijn rug om slecht over hem praten. Hun evangelie klopt niet en ze proberen aan invloed te winnen. In tegenstelling tot Paulus zijn dit rijke, succesvolle mannen, die ook nog eens goed in het openbaar kunnen spreken.
Paulus toont aan dat de christenen in Korinte te werelds denken. Ze moeten juist de waarden en normen van het koninkrijk van God volgen. Het gaat niet om je status of je vaardigheden. Het is veel belangrijker dat je nederig bent en de ander dient. Toen Paulus naar Korinte kwam, was het niet zijn doel om zelf indruk te maken. Nee, hij wilde laten zien hoe indrukwekkend Jezus is. Jezus zelf gaf het goede voorbeeld door zijn troon in de hemel op te geven en als een slaaf naar deze aarde te komen. Paulus wil Hem navolgen, leeft daarom nederig en dient zo de Korintiërs.
Vrijgevigheid en schijnapostelen
Daarna schakelt Paulus naar een ander heikel thema: vrijgevigheid. De christenen in Jeruzalem waren getroffen door een hongersnood en hadden grote tekorten. Terwijl andere kerken in de regio collectes hielden om hun broeders en zusters te helpen, deden ze dat in Korinte in eerste instantie niet. Paulus vindt dat vreemd, want ‘Jezus werd arm omwille van ons, zodat wij rijk konden worden. Hij stierf als een arme slaaf, wij werden rijk door genade’. Hij gebruikt hier financiële termen om uit te leggen wat Jezus voor ons heeft gedaan. In de brief aan de Romeinen lezen we dat de christenen in Korinte uiteindelijk wel een collecte hebben gehouden voor Jeruzalem.
Tot slot rekent Paulus af met de schijnapostelen. Deze mannen laten zich voorstaan op hun afkomst en Bijbelkennis, maar ze moeten het toch afleggen tegen Paulus. Hij kent het hele Oude Testament uit zijn hoofd. Hij heeft zelf tijd doorgebracht met de opgestane Jezus en heeft Jezus ook in visioenen gezien. Het belangrijkste is echter dat Paulus zijn hele leven in dienst heeft gesteld van het evangelie. Hij heeft altijd zijn eigen broek opgehouden en nooit om geld gevraagd, in tegenstelling tot de valse apostelen.
Het lijkt bijna alsof Paulus er spijt van krijgt dat hij zich zo laat gaan. Alles wat hij net heeft gezegd, telt eigenlijk niet. Paulus is zwak en heeft vele tekortkomingen. Dat is echter juist zijn kracht, want God kan veel beter werken door zwakke mensen heen. In hun zwakheid wordt Gods kracht zichtbaar. Paulus roept de lezer / luisteraar op om zichzelf te onderzoeken
Prachtige beelden van God, Jezus en heilige Geest
Hoewel de brief leest als een reactie op discussies die gaande zijn, zitten er ook veel pareltjes van wijsheid in. Als je de tekst met aandacht bekijkt of luistert, dan zie je dat Paulus een prachtig beeld van God de Vader, Jezus de Zoon en de heilige Geest schildert.
God is een Trooster, de Schepper, heeft Jezus opgewekt uit de dood en zal gelovigen ook laten opstaan. Jezus heeft geleden voor ons, heeft Gods beloften vervuld, is de Heer die Gods licht laat schijnen in ons hart en is omwille van ons arm geworden. De heilige Geest is God en het bewijs dat de gelovige gered is.
Gods tegenstrever, Satan, wordt ook benoemd. Hij is de ‘god van deze wereld’ (met een kleine ‘g’!), een bedrieger en de leider van de hemelse en menselijke bedriegers. Paulus zegt in feite dat Satan zeker macht heeft. Hij beïnvloedt mensen die niet aan Gods kant staan. Hij heeft ook een leger demonen. Dat zijn de engelen die Satan zijn gevolgd toen hij in opstand kwam tegen God. Toch is zijn macht beperkt en, zoals we verder in de Bijbel zullen zien, tijdelijk.
Het evangelie in één vers
In hoofdstuk 5, vers 21 vat Paulus bovendien het hele evangelie samen in één vers:
‘God heeft Hem die de zonde niet kende voor ons één gemaakt met de zonde, zodat wij door Hem rechtvaardig voor God konden worden.’
Ofwel: Jezus was zonder zonde en hoefde niet te sterven. Maar Hij nam de zonde op zich, zodat wij zondeloos konden worden. Hij stierf in onze plaats, waardoor wij - net als Hij - bij God mogen horen.
Twee hoofdstukken verder zegt Paulus hoe wij moeten reageren op dat offer: we moeten tot inkeer komen. Een ander woord dat vaak wordt gebruikt is: ‘bekeren’. Je kunt dat ook vertalen met ‘omkeren’. We lopen als het ware op een pad naar de zonde en moeten ons omkeren en weer naar God lopen. Wij kunnen dat doen, omdat Jezus de prijs heeft betaald voor de zonde.
Dat is een cadeau dat wij mogen aannemen en uitpakken. Het is gratis, maar niet goedkoop.