Het lijkt een typisch Nederlands ding te zijn geworden: flippen als de kerstspullen te vroeg in de winkels liggen. Wanneer is het eigenlijk te vroeg om over kerst te beginnen? De profeet Jesaja deed het al een slordige 700 jaar te vroeg! Met een profetie over een kind dat geboren zou worden en die hele bijzondere namen zou krijgen: Wonderbare raadsman, Goddelijke held, Eeuwige vader, Vredevorst. Over die namen en titels gaan we het de komende weken hebben. Deze keer: Wonderbare Raadsman. 

Met deze tweede preek pakken we onze reeks over de namen van Jezus (uit Jesaja 9:5) weer op. Deze keer: Goddelijke Held. Onderzoek wijst uit: wij hebben helden nodig. Maar redden we het wel met onze helden, of hebben we toch wel echt een Goddelijke Held nodig? En voldoet die wel een beeldje aan het beeld dat wij van helden hebben? Deze keer staat deze naam van Jezus centraal: Goddelijke held!

Tja, vaders. Ze worden deze dagen wel een beetje afgeschilderd als beminnelijke sukkels. En wat moet je dan met zo'n titel als 'eeuwige vader'? Toch kreeg Jezus zelf precies die titel. En het betekent heel wat! Wat dan? Ontdek het in deze preek. 

Met deze preek sluiten we onze themareeks ‘Geen andere naam’ af. We hebben de afgelopen weken steeds één van de namen of titels, die de profeet Jesaja (9:5) aan de komende Messias geeft, besproken. Deze preek sluiten we af met ‘Vredevorst’.

We starten een nieuwe themareeks: Recht doen, wandelen, liefhebben. Deze ‘opdrachten’ zijn gebaseerd op de bekende tekst uit Micha 6:8. In deze toespreek gaan we de context van deze tekst bekijken en maken we een start met de eerste opdracht: recht doen. Wat is onze eerste associatie met zoiets als ‘recht doen’? En zijn onze eerste gedachten ook de weg naar ‘recht’? We gaan er met elkaar in duiken. Ga je mee? 

'Nederig wandelen', hoe doe je dat? Want dat is één van de dingen die God van ons wil. Daar gaan we naar kijken in ons tweede deel van de serie over Micha 8:6 'Recht doen, Wandelen, Liefhebben'. We lezen uit Micha 6:8, maar ook een verhaal uit Mattheus 14, waarin Jezus laat zien wat nederig wandelen met God betekent - en waarin Petrus er een nat pak aan overhoudt. 

We sluiten de serie 'recht doen, wandelen, liefhebben' af met de laatste opdracht uit Micha 6:8, namelijk 'liefhebben'. En niet zomaar liefhebben, maar zelfs dubbelop: het liefhebben, liefhebben! En, oh ja, het heeft ook van alles te maken met zaadjes en aarde. We lezen uit Micha 6 en uit Mattheus 13. 

Start van de serie: 'Kom zoals je bent'. Als mensen zijn we allemaal 'werk in uitvoering', we zijn allemaal onderweg met groeien, veranderen en leren. Niemand van ons heeft alles onder controle, ook onze emoties niet. En dat hoeft ook niet, want in die gevoelens zit haast altijd ook nog veel verlangen, veel heelheid en veel liefde. Aan de hand van de vier basisemoties gaan we naar onze eigen gevoelens kijken, en die van God en ze met elkaar in verband brengen. We beginnen met: blijheid! Als onze basis en ons uitgangspunt. Schriftlezing: Netty. 

'Niet klagen, maar dragen en bidden om kracht!' - zo'n tegeltjeswijsheid die óf aan de muur bij onze grootmoeder hing of die we in ons calvinistische DNA meedragen. Maar wat is er eigenlijk mis met klagen? Met weeklagen, jammeren, treuren, zuchten en kermen - met kortom: bedroefd zijn en het laten merken ook? Daar gaan we het over hebben, aan de hand van o.a. Prediker die botweg zegt: 'Je kunt beter huilen, dan lachen!' Nou ja, zeg!

Ja, een potje boos gaan lopen doen... ...daar schiet niemand wat mee op, toch? In deze toespreek (yup, zo noemen wij dat) gaan we het over de twee soorten boosheid hebben: één constructief en één het tegenovergestelde. En als we dan toch bezig zijn, gaan we kijken hoe Jezus aan 'anger management' doet.

Schriftlezing: Joke.