Een man sluit vriendschap met een sater en ze wonen samen. De sater ziet de man op zijn handen blazen om ze te warmen, en later op zijn hete pap om het af te koelen. De sater, verbaasd dat dezelfde adem zowel warmt als koelt, verbreekt de vriendschap, want hij vertrouwt iemand niet die zo inconsistent is. Het verhaal leert dat inconsistentie en dubbelhartigheid wantrouwen wekken en vriendschappen kunnen verbreken.