Johannes de goede zoekt zijn geluk na de dood van zijn vader. Hij ontmoet een reisgenoot die hem helpt, door middel van magie en verkregen kennis, met een boze prinses te trouwen. De reisgenoot, een dankbare geest, verlaat Johannes, die nu gelukkig is. Het verhaal belicht goedheid, offers, loyaliteit en het overwinnen van het kwaad door vindingrijkheid en hulp van bovenaf.