
Sign up to save your podcasts
Or
In 1648 huurde Godefridus Smakers de smout- en windmolen van Hasselt en Kuringen. Smoutmolens persten olie uit zaden zoals koolzaad en rapen. Als huurder moest Smakers zich houden aan strikte regels, vooral met betrekking tot het gebruik van water uit het nabijgelegen reservoir.
Eigenaren van de omliggende gronden waren verantwoordelijk voor het onderhoud van de afloop van het reservoir. Wilden zij opnieuw brandewijn produceren, dan mochten zij water uit het reservoir halen. Als het reservoir echter droog stond, dienden zij gebruik te maken van een goot die onder de ossenstal naast de smoutmolen doorliep en water uit de Demer aanvoerde. Bij klachten konden de eigenaars hun toestemming voor watergebruik intrekken.
Er werd verteld dat er vroeger, toen de windmolen nog een volmolen was, een goot onder de straat door liep. Als deze goot opnieuw ontdekt en gebruikt zou worden om water uit het reservoir te halen, was dat toegestaan, mits het reservoir niet beschadigd werd. Ook hier behielden de eigenaars het recht om deze toestemming in te trekken.
De Broekermolen bevond zich destijds net buiten Hasselt, ten noorden van de stad aan de Demer. Tegenwoordig herinnert het Broekermolenplein aan deze historische locatie.
De abdij van Herkenrode, gelegen in Kuringen, werd rond 1182 gesticht door graaf Gerard van Loon. In 1217 werd de abdij opgenomen in de orde van Cîteaux, waarmee het de eerste en grootste vrouwenabdij van deze orde in de Nederlanden werd. De abdij verwierf aanzienlijke rijkdommen en bezat uitgestrekte landerijen, vijvers en molens.
Niet alleen boerderijen en landerijen werden verpacht, ook de eigen bedrijfsgebouwen zoals molens, een brouwerij en een schoenmakerij werden op deze manier uitgebaat. In 1218 kreeg de abdij het visrecht op het deel van de Demer rond de Tuiltermolen te Kuringen. Dit visrecht breidde zich uit en tegen de 18de eeuw ging het over een traject van de molen van Kuringen tot aan de Veldekermolen te Kermt. Ook het vijvernetwerk rond de abdij groeide.
Op 19 februari 1797, tijdens de Franse Tijd, werd de abdij in Maastricht openbaar verkocht. Hierdoor verloor het enorme patrimonium van refugehuizen, boerderijen, molens en ontelbare percelen bossen, vijvers, hooi- en akkerland zijn eeuwenoude bestemming en samenhang. Mettertijd raakten de gebouwen en gronden echter in handen van verschillende eigenaars.
Sinds 2022 is Toerisme Vlaanderen de eigenaar van het gehele domein. Erfgoedstichting Herita staat in voor het beheer en de openstelling van Herkenrode.
-------------------------
De Wijers is een podcast van De Wijers. Productie: De Praeters
In 1648 huurde Godefridus Smakers de smout- en windmolen van Hasselt en Kuringen. Smoutmolens persten olie uit zaden zoals koolzaad en rapen. Als huurder moest Smakers zich houden aan strikte regels, vooral met betrekking tot het gebruik van water uit het nabijgelegen reservoir.
Eigenaren van de omliggende gronden waren verantwoordelijk voor het onderhoud van de afloop van het reservoir. Wilden zij opnieuw brandewijn produceren, dan mochten zij water uit het reservoir halen. Als het reservoir echter droog stond, dienden zij gebruik te maken van een goot die onder de ossenstal naast de smoutmolen doorliep en water uit de Demer aanvoerde. Bij klachten konden de eigenaars hun toestemming voor watergebruik intrekken.
Er werd verteld dat er vroeger, toen de windmolen nog een volmolen was, een goot onder de straat door liep. Als deze goot opnieuw ontdekt en gebruikt zou worden om water uit het reservoir te halen, was dat toegestaan, mits het reservoir niet beschadigd werd. Ook hier behielden de eigenaars het recht om deze toestemming in te trekken.
De Broekermolen bevond zich destijds net buiten Hasselt, ten noorden van de stad aan de Demer. Tegenwoordig herinnert het Broekermolenplein aan deze historische locatie.
De abdij van Herkenrode, gelegen in Kuringen, werd rond 1182 gesticht door graaf Gerard van Loon. In 1217 werd de abdij opgenomen in de orde van Cîteaux, waarmee het de eerste en grootste vrouwenabdij van deze orde in de Nederlanden werd. De abdij verwierf aanzienlijke rijkdommen en bezat uitgestrekte landerijen, vijvers en molens.
Niet alleen boerderijen en landerijen werden verpacht, ook de eigen bedrijfsgebouwen zoals molens, een brouwerij en een schoenmakerij werden op deze manier uitgebaat. In 1218 kreeg de abdij het visrecht op het deel van de Demer rond de Tuiltermolen te Kuringen. Dit visrecht breidde zich uit en tegen de 18de eeuw ging het over een traject van de molen van Kuringen tot aan de Veldekermolen te Kermt. Ook het vijvernetwerk rond de abdij groeide.
Op 19 februari 1797, tijdens de Franse Tijd, werd de abdij in Maastricht openbaar verkocht. Hierdoor verloor het enorme patrimonium van refugehuizen, boerderijen, molens en ontelbare percelen bossen, vijvers, hooi- en akkerland zijn eeuwenoude bestemming en samenhang. Mettertijd raakten de gebouwen en gronden echter in handen van verschillende eigenaars.
Sinds 2022 is Toerisme Vlaanderen de eigenaar van het gehele domein. Erfgoedstichting Herita staat in voor het beheer en de openstelling van Herkenrode.
-------------------------
De Wijers is een podcast van De Wijers. Productie: De Praeters