Een jager bevrijdt een dwerg uit een kuil. De dwerg vertelt hem over een schatkasteel, met de waarschuwing om de toren niet te betreden. De jager wordt rijk. De hebzuchtige koning ontlokt de informatie van de jager. Vervolgens gaat hij samen met twee adviseurs naar het kasteel. Ze negeren de waarschuwing en worden door dwergen gevangengenomen en veroordeeld tot schoonmaaktaken in het dwergenkasteel. De jager wordt bevrijd en tot koning gekroond.