Jezus moest heengaan naar de Vader, om plaats te bereiden. Hij vertroostte Zijn discipelen met de woorden dat in het Vaderhuis vele woningen zijn. Echter begrepen de discipelen Hem nog steeds niet. Daarom vroeg Filippus namens de discipelen: "Heere, laat ons de Vader zien, en het is ons genoeg". Jezus onderwijst hen op een lieflijke wijze over de eenheid met de Vader. Ook doet Hij een grote belofte van zegen op de verbreiding van het evangelie met de woorden "Als u iets vragen zult in Mijn Naam, Ik zal het doen"; Deze belofte geldt ook voor de kerk van vandaag. De Heere heeft alles ter beschikking, en zal in overvloedige mate dátgene geven wat nodig is ter verbreiding van het evangelie, en tot lof van de Vader.
Johannes 14:7-14