Bianca en Douglas, twee ervaren schaatsvrienden, zakken door het ijs op een meer. Bianca herinnert zich de veiligheidsinstructies van haar moeder en blijft kalm, waardoor ze zichzelf in een drijfpositie kan manoeuvreren. Douglas reageert snel, belt om hulp en gooit Bianca een touw toe. Ze weet zich uit het water te trekken, waarna Douglas haar opwarmt met droge kleren, een deken en warme chocolademelk. Hoewel ze geschrokken zijn, leren ze van de ervaring en blijven ze schaatsen, maar met meer voorzichtigheid. Het verhaal benadrukt het belang van voorbereiding, kalmte en snelle actie in noodsituaties.