
Sign up to save your podcasts
Or
In deze aflevering van Studio Veenweide – De verdieping geeft onderzoeker Sien Kok (Deltares) college over maatschappelijke kosten-baten analyses (MKBA’s). Wat is een MKBA, hoe wordt een MKBA opgesteld en waarom is het belangrijk om goede maatschappelijke kosten-baten analyses te maken?
Daarover hoor je meer in deze aflevering.
www.nobveenweiden.nl
www.stowa.nl
www.veenweiden.nl
www.deltares.nl
TRANSCRIPTIE
Ivo de Wijs: Dit is studio Veenweide; de verdieping. Een serie colleges over de reductie van broeikasgassen in het veenweidegebied. In het klimaatakkoord hebben we afgesproken dat de veenweiden gaan zorgen voor het verminderen van een jaarlijkse emissie van één megaton in 2030. Hoe gaan we dat doen? Wat weten we al? En wat weten we nog niet? Het nationaal onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweide zoekt het uit. In zes afleveringen volgen we de 6M-cyclus van meten, mechanisme, modelleren, MKBA , maatregelen en monitoren. De gastspreker in deze aflevering is...
00:00:40
Inge Diepman: Sien Kok; milieueconoom bij Deltares, bezig met de waardering van ecosysteemdiensten, nature-based solutions en bodemdaling. Ze is onder andere betrokken geweest bij het kaderplan bodemdaling voor de binnenstad van Gouda en in het buitenland bij een economische analyse naar de gevolgen van bodemdaling in Indonesië.
00:00:58
Inge Diepman: Hartelijk welkom.
00:00:59
Sien Kok: Dankjewel.
00:01:00
Inge Diepman: Fijn dat je ons wilt bijpraten op het gebied van MKBA's. Wat vind je van die term? En dat vraag ik, omdat ik met Ivo de Wijs die de lieden heeft ingesproken, mijn vroegere collega bij Vroege Vogels, een hele discussie had over die M. Hij zei: kan het niet gewoon de M van money zijn? Maar dan zit je er een beetje naast, toch?
00:01:18
Sien Kok: Ja, eigenlijk om twee redenen. Het gaat bij een MKBA zeker niet over geld, ook al is dat wel hetgeen wat we doen als economen. We drukken in een MKBA alle effecten en gevolgen uit in kosten en baten, maar het gaat echt over welvaart. Het gaat over maatschappelijk nut en geld is daar maar een heel klein onderdeel in. Dat dekt niet helemaal de lading.
00:01:36
Inge Diepman: Jij verbindt die twee werelden eigenlijk met elkaar, want als je een milieueconoom bent of ik zag ook staan 'resource economist'. Dat is misschien nog een mooiere omschrijving, dan verbind je die wereld van de natuur en de wereld van de economie.
00:01:50
Sien Kok: Dat is zeker waar het over gaat, maar mijn werk gaat eigenlijk over het ondersteunen van beslissingen van beleidsmakers in hun keuzes. Dat gaat deels inderdaad over economie en deels kan het ook gaan over financiële afwegingen van private partijen. Ik richt me eigenlijk meer op de publieke sector. En hoe maken we de keuzes die we doen? Wat gaan we doen met ons belastinggeld? Wat is een verstandige keuze? Daar gaat dat eigenlijk over.
00:02:15
Inge Diepman: Je gaat ons meenemen in deze podcast: Studio Veenweide, De Verdieping. Veel plezier met het college van Sien kok over...
00:02:21
Ivo de Wijs: De 'M' van MKBA.
00:02:25
Sien Kok: Om even te beginnen: in het Veenweide gebied zijn we ooit begonnen met het regulieren van waterstanden, zodat we daar landbouw en veehouderij konden bedrijven. Ook om te zorgen dat onze huizen, tuinen en infrastructuur geen natte voeten krijgen. Maar zoals de luisteraar misschien wel weet, is er in september 2020 een rapport uitgekomen van de Raad voor de Leefomgeving; met het advies: stop die bodemdaling in de Veenweide die het gevolg is van die kunstmatige verlaging van de grondwaterstanden. Waarom is dat advies er? Dat is omdat er allerlei negatieve gevolgen zijn aan de welvaart en economie. Dat komt door die bodemdaling en dan hebben het over allerlei dingen. We hebben het over schade aan biodiversiteit, bodemkwaliteit en waterkwaliteit. We hebben het over dat het steeds moeilijker wordt om natuurgebieden die nabij liggen in stand te houden. Die verdrogen door het hoogteverschil, het verstoort nutriënten balansen en het wordt ook steeds duurder.
00:03:13
Sien Kok: Tegelijkertijd zien we dat we steeds hogere kosten moeten maken om hetzelfde niveau van waterveiligheid bescherming te waarborgen, of we moeten kiezen voor een hoger risico op overstromingen en ook meer schade als het eenmaal gebeurt. Ze gaan steeds dieper liggen. Tegelijk zien we dat als we op de huidige voet doorgaan, dat die landbouw zelf ook steeds meer in de problemen komt. Doordat er meer kans gaat ontstaan op opbarsting, als dat diepe zoute water naar boven komt als de veenlaag verdwenen is. Op termijn wordt het land onbruikbaar. Tot slot, daar gaat het NOBV natuurlijk ook over, er is heel veel CO2-uitstoot uit die Veenweides, ongeveer vier megaton per jaar. We hebben met z'n allen gezegd dat we in 2050 als heel Nederland nog maar elf megaton mogen uitstoten. Dus als we niks doen, betekent het indirect dat er allerlei andere sectoren zijn die veel minder mogen uitstoten. Dat zijn sectoren die misschien economisch veel meer waarde hebben dan onze landbouw. Dat zijn dingen waar we over na moeten denken.
00:04:12
Sien Kok: In dezelfde lijnen zijn er een aantal studies geweest, die hebben ook economisch dat plaatje, wat ik net schetste, een beetje doorgerekend. Een bekende daarvan is het rapport van Het Planbureau voor Leefomgeving in 2016: 'dalende bodem, stijgende kosten'. Die rekenen voor die minimale extra kosten door bodemdaling tot 2050, we het hebben over: aan infrastructuurschade, ongeveer twee tot vijf miljard. We hebben het over bebouwing, funderingsherstel bijvoorbeeld wat nodig is. Zij zeggen zestien miljard, en er zijn andere studies die een schatting tussen de 50 en 60 miljard schade tot 2050 voorrekenen - daar ben ik zelf ook aan het rekenen mee geweest. We hebben waterbeheer kosten van ruim 200 miljoen, die CO2-uitstoot die ik net noemde. Dat gaat ongeveer zes miljard tot 2050. Dus dat zijn hele significante kosten die komen door die bodemdaling. Uiteindelijk moeten we kijken of die balans uitslaat naar de goede kant. En het antwoord daarop is: nee. We moeten dus iets doen met die bodemdaling, we moeten iets doen met ons land gebruik. Om heel eventjes in te zoomen op die infrastructuur. Daar is door Zweeko en Deltares vorig jaar nog een keer voor het platform Slappe Bodem wat verder aangerekend, specifiek voor de gemeente Woerden, Zaanstad en Almere. Hoeveel zijn die jaarlijks extra kwijt door die bodemdaling aan beheer en onderhoud van de weg en het riool? Dat ligt dan tussen de zes en de 29 miljoen per jaar. Dat zijn echt hele hoge bedragen in een tijd waarin we weten dat de meeste gemeenten het financieel al heel moeilijk voor elkaar krijgen. Dat betekent dus ook dat we op een gegeven moment daar minder goede wegen kunnen gaan waarborgen dan in het oosten van het land, de meer hardere stevige ondergrond van het land. Dus we krijgen die splitsing dan in kwaliteitsniveau en dat wil je niet. Tegen die achtergrond gebeurt er gelukkig steeds meer de laatste jaren. Er wordt ontzettend hard gewerkt aan het handelingsperspectief en we denken na over wat gaan we dan doen. Hoe gaan we dat doen? De luisteraars weten alle programma's waar het over gaat. De NKB en de NOBV, houdt zich dan ook bezig met: hoe kunnen we die bodemdaling remmen? Hoe gaan we de CO2-reductie behalen? Dan kijken we heel erg naar dat deels de kennisbasis op orde is, maar ook naar hoe effectief die maatregelen eigenlijk zijn. Ook hoe haalbaar die maatregelen zijn en die haalbaarheid die gaat dan over allerlei dingen. Dat gaat over zowel de effectiviteit op beleidsdoelen, over waterkwaliteit, watersysteem, bedrijfstechnische haalbaarheid, businesscase, de betaalbaarheid en het gaat over de rationale voor de maatschappij als geheel. Dat is eigenlijk waar een MKBA over gaat. Misschien nog heel even om op te halen, want daar kom ik straks ook nog wat verder op terug.
00:06:38
Sien Kok: Wat zijn dan de maatregelen in dat NOBV die je kan nemen in het Veenweidegebied, waarbij drie soorten; we kunnen de grondwaterstand kunstmatig verhogen, bijvoorbeeld met onder water drainage. Je kan bodem maatregelen nemen, zoals kleilaag op het veendek en je kan ook omschakelen naar een ander verdienmodel zoals natte teelt. Die passen bij veel hogere grondwaterstanden zoals lisdodde of veenmos. Die MKBA, die rationale voor de maatschappelijk als geheel, hoe gaan we dat voor elkaar krijgen? Wat is dan een goede keuze in die maatregelen? Dat is waar een MKBA over gaat. Dus maatschappelijke kosten-baten analyse waarin we verschillende handelingsperspectieven of beleidsopties tegen elkaar afzetten, afwegen en met de economisch rationale, de beste uitkiezen. Dat is ook maar een specialisatie als econoom. Wat ik eerder ook al even noemde, het gaat dus echt in MKBA over alle kosten, investeringskosten, baten, negatieve effecten van bodemdaling en de aanpalende gevolgen in kaart brengen. Dus om daar even op in te zoomen, het is in principe een economisch instrument, een MKBA, die we gebruiken om beleidskeuzes te onderbouwen. Het gaat dus niet alleen maar over de financiële kosten en baten. Het gaat juist ook over brede maatschappelijke effecten, zoals geluidsoverlast of schade aan natuur. Wat wij dus doen, dat is eigenlijk de expertise van de econoom is om, soms ontastbare dingen toch uit te drukken in geld, in euro's. Dat doen we, zodat we al die effecten die je normaal niet goed met elkaar kan vergelijken, toch kan vergelijken. Daar kan je van alles op aanmerken en het is ook absoluut niet perfect. Maar dat is wat het is. Waarom zou je dat dan toch willen? Of waarom zou je dat...
In deze aflevering van Studio Veenweide – De verdieping geeft onderzoeker Sien Kok (Deltares) college over maatschappelijke kosten-baten analyses (MKBA’s). Wat is een MKBA, hoe wordt een MKBA opgesteld en waarom is het belangrijk om goede maatschappelijke kosten-baten analyses te maken?
Daarover hoor je meer in deze aflevering.
www.nobveenweiden.nl
www.stowa.nl
www.veenweiden.nl
www.deltares.nl
TRANSCRIPTIE
Ivo de Wijs: Dit is studio Veenweide; de verdieping. Een serie colleges over de reductie van broeikasgassen in het veenweidegebied. In het klimaatakkoord hebben we afgesproken dat de veenweiden gaan zorgen voor het verminderen van een jaarlijkse emissie van één megaton in 2030. Hoe gaan we dat doen? Wat weten we al? En wat weten we nog niet? Het nationaal onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweide zoekt het uit. In zes afleveringen volgen we de 6M-cyclus van meten, mechanisme, modelleren, MKBA , maatregelen en monitoren. De gastspreker in deze aflevering is...
00:00:40
Inge Diepman: Sien Kok; milieueconoom bij Deltares, bezig met de waardering van ecosysteemdiensten, nature-based solutions en bodemdaling. Ze is onder andere betrokken geweest bij het kaderplan bodemdaling voor de binnenstad van Gouda en in het buitenland bij een economische analyse naar de gevolgen van bodemdaling in Indonesië.
00:00:58
Inge Diepman: Hartelijk welkom.
00:00:59
Sien Kok: Dankjewel.
00:01:00
Inge Diepman: Fijn dat je ons wilt bijpraten op het gebied van MKBA's. Wat vind je van die term? En dat vraag ik, omdat ik met Ivo de Wijs die de lieden heeft ingesproken, mijn vroegere collega bij Vroege Vogels, een hele discussie had over die M. Hij zei: kan het niet gewoon de M van money zijn? Maar dan zit je er een beetje naast, toch?
00:01:18
Sien Kok: Ja, eigenlijk om twee redenen. Het gaat bij een MKBA zeker niet over geld, ook al is dat wel hetgeen wat we doen als economen. We drukken in een MKBA alle effecten en gevolgen uit in kosten en baten, maar het gaat echt over welvaart. Het gaat over maatschappelijk nut en geld is daar maar een heel klein onderdeel in. Dat dekt niet helemaal de lading.
00:01:36
Inge Diepman: Jij verbindt die twee werelden eigenlijk met elkaar, want als je een milieueconoom bent of ik zag ook staan 'resource economist'. Dat is misschien nog een mooiere omschrijving, dan verbind je die wereld van de natuur en de wereld van de economie.
00:01:50
Sien Kok: Dat is zeker waar het over gaat, maar mijn werk gaat eigenlijk over het ondersteunen van beslissingen van beleidsmakers in hun keuzes. Dat gaat deels inderdaad over economie en deels kan het ook gaan over financiële afwegingen van private partijen. Ik richt me eigenlijk meer op de publieke sector. En hoe maken we de keuzes die we doen? Wat gaan we doen met ons belastinggeld? Wat is een verstandige keuze? Daar gaat dat eigenlijk over.
00:02:15
Inge Diepman: Je gaat ons meenemen in deze podcast: Studio Veenweide, De Verdieping. Veel plezier met het college van Sien kok over...
00:02:21
Ivo de Wijs: De 'M' van MKBA.
00:02:25
Sien Kok: Om even te beginnen: in het Veenweide gebied zijn we ooit begonnen met het regulieren van waterstanden, zodat we daar landbouw en veehouderij konden bedrijven. Ook om te zorgen dat onze huizen, tuinen en infrastructuur geen natte voeten krijgen. Maar zoals de luisteraar misschien wel weet, is er in september 2020 een rapport uitgekomen van de Raad voor de Leefomgeving; met het advies: stop die bodemdaling in de Veenweide die het gevolg is van die kunstmatige verlaging van de grondwaterstanden. Waarom is dat advies er? Dat is omdat er allerlei negatieve gevolgen zijn aan de welvaart en economie. Dat komt door die bodemdaling en dan hebben het over allerlei dingen. We hebben het over schade aan biodiversiteit, bodemkwaliteit en waterkwaliteit. We hebben het over dat het steeds moeilijker wordt om natuurgebieden die nabij liggen in stand te houden. Die verdrogen door het hoogteverschil, het verstoort nutriënten balansen en het wordt ook steeds duurder.
00:03:13
Sien Kok: Tegelijkertijd zien we dat we steeds hogere kosten moeten maken om hetzelfde niveau van waterveiligheid bescherming te waarborgen, of we moeten kiezen voor een hoger risico op overstromingen en ook meer schade als het eenmaal gebeurt. Ze gaan steeds dieper liggen. Tegelijk zien we dat als we op de huidige voet doorgaan, dat die landbouw zelf ook steeds meer in de problemen komt. Doordat er meer kans gaat ontstaan op opbarsting, als dat diepe zoute water naar boven komt als de veenlaag verdwenen is. Op termijn wordt het land onbruikbaar. Tot slot, daar gaat het NOBV natuurlijk ook over, er is heel veel CO2-uitstoot uit die Veenweides, ongeveer vier megaton per jaar. We hebben met z'n allen gezegd dat we in 2050 als heel Nederland nog maar elf megaton mogen uitstoten. Dus als we niks doen, betekent het indirect dat er allerlei andere sectoren zijn die veel minder mogen uitstoten. Dat zijn sectoren die misschien economisch veel meer waarde hebben dan onze landbouw. Dat zijn dingen waar we over na moeten denken.
00:04:12
Sien Kok: In dezelfde lijnen zijn er een aantal studies geweest, die hebben ook economisch dat plaatje, wat ik net schetste, een beetje doorgerekend. Een bekende daarvan is het rapport van Het Planbureau voor Leefomgeving in 2016: 'dalende bodem, stijgende kosten'. Die rekenen voor die minimale extra kosten door bodemdaling tot 2050, we het hebben over: aan infrastructuurschade, ongeveer twee tot vijf miljard. We hebben het over bebouwing, funderingsherstel bijvoorbeeld wat nodig is. Zij zeggen zestien miljard, en er zijn andere studies die een schatting tussen de 50 en 60 miljard schade tot 2050 voorrekenen - daar ben ik zelf ook aan het rekenen mee geweest. We hebben waterbeheer kosten van ruim 200 miljoen, die CO2-uitstoot die ik net noemde. Dat gaat ongeveer zes miljard tot 2050. Dus dat zijn hele significante kosten die komen door die bodemdaling. Uiteindelijk moeten we kijken of die balans uitslaat naar de goede kant. En het antwoord daarop is: nee. We moeten dus iets doen met die bodemdaling, we moeten iets doen met ons land gebruik. Om heel eventjes in te zoomen op die infrastructuur. Daar is door Zweeko en Deltares vorig jaar nog een keer voor het platform Slappe Bodem wat verder aangerekend, specifiek voor de gemeente Woerden, Zaanstad en Almere. Hoeveel zijn die jaarlijks extra kwijt door die bodemdaling aan beheer en onderhoud van de weg en het riool? Dat ligt dan tussen de zes en de 29 miljoen per jaar. Dat zijn echt hele hoge bedragen in een tijd waarin we weten dat de meeste gemeenten het financieel al heel moeilijk voor elkaar krijgen. Dat betekent dus ook dat we op een gegeven moment daar minder goede wegen kunnen gaan waarborgen dan in het oosten van het land, de meer hardere stevige ondergrond van het land. Dus we krijgen die splitsing dan in kwaliteitsniveau en dat wil je niet. Tegen die achtergrond gebeurt er gelukkig steeds meer de laatste jaren. Er wordt ontzettend hard gewerkt aan het handelingsperspectief en we denken na over wat gaan we dan doen. Hoe gaan we dat doen? De luisteraars weten alle programma's waar het over gaat. De NKB en de NOBV, houdt zich dan ook bezig met: hoe kunnen we die bodemdaling remmen? Hoe gaan we de CO2-reductie behalen? Dan kijken we heel erg naar dat deels de kennisbasis op orde is, maar ook naar hoe effectief die maatregelen eigenlijk zijn. Ook hoe haalbaar die maatregelen zijn en die haalbaarheid die gaat dan over allerlei dingen. Dat gaat over zowel de effectiviteit op beleidsdoelen, over waterkwaliteit, watersysteem, bedrijfstechnische haalbaarheid, businesscase, de betaalbaarheid en het gaat over de rationale voor de maatschappij als geheel. Dat is eigenlijk waar een MKBA over gaat. Misschien nog heel even om op te halen, want daar kom ik straks ook nog wat verder op terug.
00:06:38
Sien Kok: Wat zijn dan de maatregelen in dat NOBV die je kan nemen in het Veenweidegebied, waarbij drie soorten; we kunnen de grondwaterstand kunstmatig verhogen, bijvoorbeeld met onder water drainage. Je kan bodem maatregelen nemen, zoals kleilaag op het veendek en je kan ook omschakelen naar een ander verdienmodel zoals natte teelt. Die passen bij veel hogere grondwaterstanden zoals lisdodde of veenmos. Die MKBA, die rationale voor de maatschappelijk als geheel, hoe gaan we dat voor elkaar krijgen? Wat is dan een goede keuze in die maatregelen? Dat is waar een MKBA over gaat. Dus maatschappelijke kosten-baten analyse waarin we verschillende handelingsperspectieven of beleidsopties tegen elkaar afzetten, afwegen en met de economisch rationale, de beste uitkiezen. Dat is ook maar een specialisatie als econoom. Wat ik eerder ook al even noemde, het gaat dus echt in MKBA over alle kosten, investeringskosten, baten, negatieve effecten van bodemdaling en de aanpalende gevolgen in kaart brengen. Dus om daar even op in te zoomen, het is in principe een economisch instrument, een MKBA, die we gebruiken om beleidskeuzes te onderbouwen. Het gaat dus niet alleen maar over de financiële kosten en baten. Het gaat juist ook over brede maatschappelijke effecten, zoals geluidsoverlast of schade aan natuur. Wat wij dus doen, dat is eigenlijk de expertise van de econoom is om, soms ontastbare dingen toch uit te drukken in geld, in euro's. Dat doen we, zodat we al die effecten die je normaal niet goed met elkaar kan vergelijken, toch kan vergelijken. Daar kan je van alles op aanmerken en het is ook absoluut niet perfect. Maar dat is wat het is. Waarom zou je dat dan toch willen? Of waarom zou je dat...