De Vlam van Ham, Jasper Philipsen, slaat meteen toe en wint de eerste massasprint van deze Tour. De jury had vele lange minuten nodig om te onderzoeken of Philipsen van zijn lijn afweek en Van Aert onreglementair hinderde. Na minutenlang de videobeelden bestudeerd te hebben kwamen ook zij tot de conclusie: in een bocht bestaat geen rechte lijn. De Kopgroep vindt het daarom volstrekt terecht dat de jonge Belg op het podium mocht.

Lof voor de sprinter, maar Mart steekt wel een tirade af tegen de parcoursbouwer. Want waarom ligt de finish weer niet in een bocht? Met licht gevoel voor ironie fakkelt hij in diezelfde tirade mensen af die altijd weer achteraf over dit soort veiligheidsvraagstukken beginnen. Michael heeft te doen met Wout van Aert die bijna tegen de hekken aanreed, maar zegt ook. ‘’Dit had hij aan kunnen zien komen, dit had hij kunnen voorkomen als hij aan de andere kant Philipsen had proberen te passeren.’’

 De Kopgroep ook in het leven van een andere Belg. Steff Cras is de Monsieur 69. Martijn weet te vertellen dat deze coureur vorig jaar vlakbij zijn woonplaats Soest crashte. In de tweede etappe van de Vuelta ging hij onderuit en brak veel botten. Gebutst stapte hij even later het huwelijksbootje in. Hij trouwt met een vrouw wiens beroep de mannen van De Kopgroep maar moeilijk kunnen duiden.

Mart keert terug naar vooroorlogse tijden. De twee half Brabantse en half Franse broers Van Schendel maakte in de jaren dertig fuore in de Tour. Hun ouders leefde in armoede, maar zij wisten een boterham te verdienen met het fietsen. Ook na hun carrière wisten ze -op een andere manier- goed aan het fietsen te verdienen. 

Tot slot kijkt De Kopgroep natuurlijk vooruit. Een sprint op een autocircuit. Zonder bochten, dus alle kleppers kunnen hun motor aanslingeren en vol de winst gaan. Met Jakobsen en Groenewegen dus veel kans op eerste Nederlands succes deze Tour!