Na de mooie dagen in Denemarken is de Tour dan toch thuis. De karavaan is gearriveerd in Frankrijk en maakt zich op voor de eerste etappe op het eigen grondgebied. Joost hoopt op een waaier-etappe, maar de kans daarop lijkt klein. Het lijkt eerder uit te draaien op weer een massasprint.

De Kopgroep heeft bedenkingen over de uitstoot van de hoeveelheid auto's die achter de renners aan zijn gereden. Zelfs de elektrische auto's worden - zo weet Martijn te vertellen - allemaal niet zo duurzaam opgeladen.

In de Vaderlandse Tourcanon laat Mart zijn licht schijnen over een onbekende renner: Piet Damen. Hij maakte in 1958 zijn debuut in de Tour en werd prompt elfde. Een grote toekomst werd hem voorspeld. Dat wist hij helaas niet waar te maken.

Voor de Natte Vinger zijn de heren het over één ding eens: het wordt vandaag sprinten. De ingetekende colletjes gaan niet voor grote verschillen zorgen. Joost gokt dat Dylan Groenewegen wint, Martijn zet in op Wout van Aert. Mart houdt zijn vinger en de lucht en noemt Alexander Krieger, waarbij vooral de naam doorslaggevend lijkt.