Share Het strijkkwartet
Share to email
Share to Facebook
Share to X
Het strijkkwartet Ainsi la nuit… uit 1976 van Henri Dutilleux wordt algemeen als een van de hoogtepunten van de Franse kwartetliteratuur. Het materiaal in deze bijzondere partituur wordt stap voor stap uitgebreid en getransformeerd, echter zonder dat de luisteraar het voorafgaande uit het geheugen verliest. Het resultaat is spannend, prachtig van kleur, labyrintisch en vooral meeslepend.
Betsy Jolas voltooide haar Derde strijkkwartet in 1973. Het werk werd in Washington voor het eerste uitgevoerd. Vandaar dat de titels van de delen in de partituur in het Engels zijn gezet. Elk van de negen delen is een oefening in een techniek of stijl.
‘Eridan’, opus 57, is het enige echte strijkkwartet van François Bernard Mâche. Daarnaast componeerde hij nog een werk voor strijkkwartet en elektronica. De Eridan is (evenals de Styx en de Lethe) een mythische rivier in de Griekse onderwereld, de Hades. Maar de Eridan is ook een onbekende Keltische rivier, wellicht de Rhône. Deze rivieren verklaren de aanwezigheid van de rietzanger in deze muziek van Mâche.
Henri Dutilleux (1916-2013) – Strijkkwartet ‘Ainsi la nuit’ (1976/77)
Uitvoerenden: Orpheus String Quartet
CD: Channel Classics
Betsy Jolas (*1926) – Strijkkwartet nr. 3 ‘9 Etudes’ (1973)
Uitvoerenden: Concord String Quartet
CD: NWCRI
François-Bernard Mâche (*1935) – Strijkkwartet ‘Eridan’, opus 57 (1986)
Uitvoerenden: Arditti Quartet
CD: naïve
Het Tweede strijkkwartet van Heinz Holliger dateert uit 2007 en is niet minder geavanceerd als het eerste. Het tweede kwartet was een opdracht van het strijkkwartet van meesterviolist Thomas Zehetmair, en werd opgedragen aan de in dat jaar honderdjarige Elliott Carter, die nog steeds nieuwe noten schreef. Als uitgangspunt dienden voor Holliger de vele heftige discussies die binnen een strijkkwartet kunnen plaats vinden. Zo is het gehakketak van de moderne mens in menig passage van deze muziek van Holliger te bespeuren.
Jürgen Frey verkiest eerder kalme, ingetogen soundscapes, ook voor strijkkwartet. Al het geluid, alle muziek, komt wat hem betreft uiteindelijk slechts uit de stilte voort en wordt geschilderd met de stilte als achterliggend canvas. De bekende Amerikaanse muziekcriticus Alex Ross vergeleek in de New Yorker Frey’s muziek met een Adagio van Mahler, maar dan zonder enige zwaartekracht.
Heinz Holliger (*1939) – Strijkkwartet nr.2 (2007)
Uitvoerenden: Zehetmaier Quartett
CD: ECM
Jürg Frey (*1953) – Strijkkwartet nr.3 (2014)
Uitvoerenden: Quatuor Bozzini
CD: Edition Wandelweiser Records
Met het meer dan vijftig minuten durende Derde strijkkwartet uit 2004 van de Zwitserse componist Beat Furrer komen we bij een uitzonderlijk werk in het moderne kwartetgenre. Furrer vergeleek de opzet van zijn Derde kwartet zelf eens met het script van een film over een man die door een ongeluk geen korte termijn geheugen meer heeft, en niet meer weet wie zijn vrouw heeft vermoord. Steeds weer wroet hij door de krochten en gaten in zijn geheugen en soms komen flitsen van herinneringen voorbij, maar vaak vermengd met nieuwe gegevens, andere geheugenflitsen. Daardoor ervaren wij als luisteraars ook nauwelijks een gericht proces in wat we horen. We zijn niet anders dan die man…
Beat Furrer (*1954) – Strijkkwartet nr.3 (2004)
Uitvoerenden: Angela Jaffé, Kirstin Maria Pientka, Ringela Riemke, Steffen Tast
CD: KAIROS
René Gerber (1908-2006) – Strijkkwartet nr.6 (1994)
dl.2 Moderato non troppo
Uitvoerenden: Quatuor Terpsychordes
CD: VDE-Gallo
In 1985 componeerde Klaus Huber opnieuw een veeldelig strijkkwartet, ditmaal met als titel ‘’Von Zeit zur Zeit…”. Een onderzoek naar het verloop van de tijd, legde hij later uit. In een keten van tien aansluitende sequenzen verloopt de reis van Huber door de stilte, en deels ook op zoek naar de stilte. Hubers kwartet vraagt van spelers en luisteraars een aanzienlijke concentratie, die in wezen niet onderdoet voor die waarmee we naar de late kwartetten van Beethoven moeten luisteren.
De muziek van Thüring Bräm is expressiever dan die van zijn voorbeelden Boulez en Cage, al vermijdt ook hij het experiment niet. De twaalf delen van zijn Eerste strijkkwartet lijken een reis langs verschillende technieken en stijlen, van de canon, de boventonen, de samenklank tot ‘country music’.
In het Tweede strijkkwartet van Thüring Bräm zijn verwijzen verwerkt naar de Alte Holsteinische Litanei van Carl Philipp Emanuel Bach. Vandaar de ondertitel Litania.
Klaus Huber (1924-1917) – Strijkkwartet nr.2 ‘…von Zeit zu Zeit…’ (1985)
Uitvoerenden: 3G Quartett
CD: Streiffzug.com
Thüring Bräm (*1944) – Strijkkwartet nr.1 (1990)
Harmonie I, Einklang I, Kanon I, Obertöne I, Country Music I, Miniatur I, Er-Innerung, Miniatur II, Country Music II, Obertöne II, Kanon II + Einklank II, Harmonie II.
Uitvoerenden: Reiner Quartett
CD: Vienna Modern Masters
Thüring Bräm (*1944) – Strijkkwartet nr.2 ‘Litania’ (1992)
Uitvoerenden: Reiner Quartett
CD: Vienna Modern Masters
René Gerber (1908-2006) – Strijkkwartet nr.6 (1994)
dl.3 Presto
Uitvoerenden: Quatuor Terpsychordes
CD: VDE-Gallo
Met Klaus Huber en Heinz Holliger dringen we nog iets verder binnen in de Zwitserse avantgarde van de jaren zestig en daarna. Hubers Eerste strijkkwartet ‘Moteti – Cantiones’ bestaat uit dertien, overwegend zeer korte delen die verwijzen naar middeleeuwse technieken, zoals motetus, cantio en interventio. Hubers klankenwereld is hier menigmaal op de grens van het hoorbare, steeds weer zoekend naar onbekende horizonten.
In zijn Eerste strijkkwartet heeft de wereldberoemde hoboïst Heinz Holliger nog meer de grenzen van de klank afgetast. Volgens sommige critici is dit werk een vaarwel van het strijkkwartet als genre. Het bleek niet zo te zijn, gelukkig.
Ter aanvulling klinkt het eerste deel uit het Zesde strijkkwartet van René Gerber, muziek die laat horen dat hij door Paul Dukas en Nadia Boulanger werd opgeleid.
Klaus Huber (1924-1917) – Strijkkwartet nr.1 ‘Moteti-Cantiones’ (1963)
Motetus I, Motetus II, Cantio I, Interventio Nigra, Motetus III, Motetus IV, Cantio II, Interventio Sinistra, Motetus V, Motetus VI, Interventio Ignis, Recordatio Cantionis, Solentium Cantionis
Uitvoerenden: 3G Quartett
CD: Streiffzug.com
Heinz Holliger (*1939) – Strijkkwartet nr.1 (1973)
Uitvoerenden: Berner Streichquartett
CD: Wergo
René Gerber (1908-2006) – Strijkkwartet nr.6 (1994)
dl.1 Allegro non troppo
Uitvoerenden: Quatuor Terpsychordes
CD: VDE-Gallo
De Zwitser Frank Martin componeerde zijn enige strijkkwartet in 1966/67 toen hij al decennia lang wereldwijd een gevestigde naam was. In dit werk zijn twee langere langzame delen tegenover twee beknopte snelle delen geplaatst; mooi in elkaars evenwicht en beide koppels bijna even lang. De muziek is even lyrisch als helder geconstrueerd, zoals bijna alle werken van Martin.
Herman Haller was een generatie jonger dan Martin en werd overwegend in een Duitse expressionistische traditie opgeleid, zoals we ook in zijn Tweede strijkkwartet uit 1971 nog kunnen horen.
Hoe verschillend de stijlen en technieken die ook door Zwitserse componisten naast elkaar gebruikt werden, kunnen zijn, horen we in het Vierde strijkkwartet uit 1968/70 van Rudolf Kelterborn. Zijn toontaal is zowel dodecafonisch expressionistisch als op klankonderzoek gericht.
Frank Martin (1890-1974) – Strijkkwartet (1966/67)
Uitvoerenden: Amati Quartet
CD: Divox
Hermann Haller (1914-2002) – Strijkkwartet nr.2 (1971)
Uitvoerenden: Amati Quartet
CD: Divox
Rudolf Kelterborn (1931-2021) – Strijkkwartet nr.4 (1968/70)
Uitvoerenden: Amati Quartet
CD: Divox
Het Derde strijkkwartet van Wolfgang Rihm met de ondertitel ‘Im Innersten’ geeft exact weer wat Rihm in de jaren zeventig en tachtig nastreefde: namelijk al componerende zo diep mogelijk in zijn eigen ziel te graven.
In het midden van de jaren zeventig besloot ook Penderecki de weg naar het begin van de 20e eeuw af te leggen, naar een expressiviteit en daarbij een passende lyriek, zoals in Der unterbrochene Gedanke. Zijn Derde strijkkwartet verscheen twintig jaar later en heeft een veelzeggende ondertitel meegekregen: Bladzijden van een niet geschreven dagboek. De muziek is nu eens heftig chromatisch, dan weer helder en bijna klassiek van opzet.
Met twee korte werken, de Hommage a Jacob Obrecht en Arioso, laat Kurtág een meer ingetogen manier om met het verleden om te gaan. Het eerste werk verwijst naar de Renaissance componist Obrecht, het tweede naar de klankenwereld van Alban Berg.
Wolfgang Rihm (1952-2024) – Derde strijkkwartet ‘Im Innersten’ (1976)
I, II, III, IV, V, VI
Uitvoerenden: Minguet Quartett
CD: col legno
Krzysztof Penderecki (1933-2020) – Der unterbrochene Gedanke (1988)
Uitvoerenden: Meccore String Quartet
CD: Capriccio
Krzysztof Penderecki (1933-2020) – Derde strijkkwartet (2008) “Leaves from an unwritten Diary”
Grave – Vivace – Poco meno vivace e scherzando – Vivace – Feroce – Pesante – Agitato – Tempo di Valse, poco rubato e sentimentale – Poco rubato – Agitato – Adagio. Notturno – Poco più mosso – Adagio, 3. Vivace – Pesante – Meno mosso – Vivace – Tranquillo – Ancora più tranquillo – Più lento – Adagio assai – Andante – Agitato – A tempo Andante – Tranquillo – Più tranquillo
Uitvoerenden: Meccore String Quartet
CD: Capriccio
György Kurtág (*1926) – Hommage a Jacob Obrecht (2005)
Uitvoerenden: Athena String Quartet
CD: NEOS
György Kurtág (*1926) – Arioso – Hommage a Walter Levin 85 (2009)
(Performance with wooden mutes)
Uitvoerenden: Athena String Quartet
CD: NEOS
In 30 Pieces van John Cage kwamen de musici at random bij elkaar. In zijn strijkkwartet ‘Four’ zitten de spelers wel bij elkaar, maar hebben geen vastgestelde eigen partij. Zij kunnen uit elk van de vier partijen kiezen, en binnen gegeven marges telkens de tijdsduur van hun bijdragen kiezen. Het resultaat is eens omschreven als verlichte anarchie.
In ‘Reigen seliger Geisten’ vervolgt Lachenmann zijn zoektocht naar de essentie en de aard van de klank: gestreken, getokkeld, geslagen, gekrast en veel meer. De titel van zijn kwartet is ontleend aan de opera Orfeo van Gluck, de beroemde melodie die vaak ook zelfstandig wordt uitgevoerd. De muziek van Lachenmann speelt zich inderdaad in een wereld van geestverschijningen af.
John Cage (1912-1992) – Four (1989)
Uitvoerenden: Quatuor Bozzini
CD: Collection QB
Helmut Lachenmann (*1935) – Tweede strijkkwartet ‘Reigen seeliger Geisten’ (1989)
Uitvoerenden: Stadler Quartett
CD: Neos
Wolfgang Rihm, Helmut Lachenmann en ook de wat jongere Jörg Widmann zijn dol op een overmatige detaillering van hun partituren, vol speelaanwijzingen, expressieve contrasten, complexe ritmische en technische hoogstandjes. Bovendien is voor hen ‘klank’ (gekras, gesnerp, gefluister) evenzeer een element van een compositie als tonen, samenklanken of ritmen. Zoals in Gran Torso van Lachenmann.
Rihm is echter wel bewust veel romantisch-expressiever dan Lachmann, tastend in het verleden van het expressionisme en van zijn eigen ziel. In zijn late werken raakte daardoor Webern, maar eigenlijk ook de avantgarde van de jaren vijftig en zestig steeds meer op de achtergrond.
Widmann zit een beetje tussen beide voornoemde componisten in. In zijn Derde strijkkwartet (2003), zijn Jagtquartett, is de inzet zonder meer meesterlijk, een waar dorpsfeest voorafgaand aan de jacht. Voor hem echter zelfs met Schumann in het vizier.
Helmut Lachenmann (*1935) – Eerste Strijkkwartet ‘Gran Torso’ (1971, rev.1976-1988)
Uitvoerenden: Stadler Quartett
CD: Neos
Wolfgang Rihm (1952-2024) – Vierde strijkkwartet (1979/81)
1. Agitato, Allegro alla marcia, Allegro ma non troppo, 2. Con moto, Allegro. Andante. Allegro molto, 3. Adagio
Uitvoerenden: Minguet Quartett
CD: col legno
Jörg Widmann – Derde strijkkwartet (2003) ‘Jagtquartett’
Uitvoerenden: Leipziger Streichquartett
CD: MDG
Hoewel Pierre Boulez en John Cage in de jaren vijftig met elkaar in contact stonden en Cage grote bewondering voor Boulez had, verkoos de weg in te slaan van de toevalsoperaties of aleatoriek. Het resultaat daarvan kunnen we horen in de 30 Pieces for String Quartet dat, zoals de titel aangeeft, uit dertig korte stukken bestaat waarin de vier strijkers, die vrij verspreid in de zaal zitten, toevallig samenkomen, elk met wisselende eigen muzieken.
De Hongaar György Kurtág was meer de componist van de verstilling, zoals in het Officium breve in memoriam Andreae Szervánszky, waarin op de achtergrond Anton Webern een belangrijke rol speelt. In de Moments musicaux speelt Kurtág vooral met de geschiedenis, van de middeleeuwse hoketus tot Janáček, Messiaen en Ligeti.
John Cage (1912-1992) – Thirty Pieces for String Quartet (1983)
Uitvoerenden: Quatuor Bozzini
CD: Collection QB
György Kurtág (*1926) – Officium breve in memoriam Andreae Szervánsky, op.28 (1988/89)
1. Largo, 2. Più andante, 3. Sostenuto, quasi giusto, 4. Grave, molto sostenuto, 5. (Fantasie über die Harmonien des Webern-Kanons): Presto, 6. (Canon a 4): Molto agitato, 7. Lento, 9. Largo, 10. Sehr fliessend (arr. of Webern: Cantata no.2, opus 31: VI: Canon a 4) – A tempo – Da capo al fine, 11. Sostenuto, 12. Sostenuto, quasi giusto, 13. Sostenuto, quasi slancio, 14. Disperato vivo, 15. Arioso interrotto (di Endre Szervansky): Larghetto
Uitvoerenden: Athena String Quartet
CD: NEOS
György Kurtág (*1926) – Uit: 6 Moments musicaux, op.44 (2005)
3. Capriccio, 4. In memoriam György Sebok, 5. …rappel des oiseaux… (l’étude pour les harmoniques), 6. Les adieux (op de wijze van Janáček)
Uitvoerenden: Athena String Quartet
CD: NEOS
The podcast currently has 92 episodes available.