Momenteel liggen de kroegen er  bij als een dooiend stadspark na een weekend vol sneeuwpret. En is het leefgebied van de bollenstreekse kroegtijger problematisch klein. We hunkeren naar de herstart van het kroegleven. Een Bollenstreekse uitgaanscultuur die zelfs beter wordt dan voor corona. Hoe doen we dat? We vagen het onze favoriete kroegbaas.

We dromen er als kleine kinderen allemaal wel eens van, spelen in een uitverkocht stadion. Velen van ons is dat niet gegeven maar de helden van VVSB in het seizoen 2015/2016 mochten hun geluk beproeven na eerst al onder meer 2 profclubs uit de beker geknikkerd te hebben.

Met o.a.: Peet vd Slot

Gluren bij de buren 2.0. Het was kortgeleden nog een nationale hobby. Maar de tijden dat we massaal voor ons plezier swipend over de landkaart van Funda gaan, liggen achter ons. De lol is er wel vanaf.

De weg naar een eigen huis is de laatste jaren zo slecht onderhouden dat hij bijna onbegaanbaar is geworden. Funda is nu alleen nog maar een hobby voor masochisten, mensen met money of makelaars.

Moeten we jaloers of zelfs boos zijn op de mensen die tijdens deze woningnood wél hun droomhuis kunnen kopen? Misschien wel. Maar in deze podcast doen we dat ff lekker niet.

Ondanks deze tijden van schaarste gaan we ons vergapen aan overvloed. Dan heb ik het niet over het Poetins geheime presidentiële miljarden stulpje, maar over een paleisje veel dichter bij huis.

Mijn naam is Bart van Zelst, en samen met goede vriend Yannick Renkema praat ik over de verhalen die de Bollenstreek kleur geven…met vandaag het onderwerp…HET DUURSTE HUIS VAN DE BOLLENSTREEK

Deze keer bespreken we hoe er een wereldhit ontstond van Noordwijkse makelij. Allemaal vanuit een knus Haags studentenkamertje. Daarnaast bespreken we de discutabele muzieksmaak van Bart en Yannick. Zeer discutabel.

GOD BLESS AMERICA. Geen politicus in Amerika sluit tegenwoordig zijn praatje af zonder een godszegening. En trouwens, ook in andere windstreken van de wereld is men er niet vies van om God in de mond te nemen. Loop over een Arabische markt, turf hoe vaak je ‘Insjallah’ hoort, en je kan gelijk door naar de fysio voor RSI-hand.

Lang heb ik gedacht dat deze aanwezigheid van religie voor ons een gepasseerd station is. Dat wij hier onder de rook van de goddeloze randstad, een groep ontzuilde bollendorpen hebben. God is dood, en uit beeld verdwijnen, om het op zijn Nietzschiaans te zeggen.

Maar als ik mijn seculiere bril afzet, en mijn aardse zintuigen volledig benut, zie ik dat de kerk hier nog altijd springlevend is. Sterker nog; met een beetje goede wil kan je ons zien als één van de gaatjes op de Nederlandse Bible Belt. En wist je dat de baas van de Rooms Katholieke kerk in Nederland lange tijd een Lissenaar was?

Deze jongens zijn nooit het niveau ontstegen van je standaard potje Pim-pam-pet, Monopoly of mens erger je niet. Anastasia's mat patroon, The Queen’s Gambit, of de Catalaanse opening: het mysterieuze en van het koninklijke schaakspel is altijd gebleven.

Goed kunnen schaken is alleen weggelegd voor geniale gekken als Bobby Fisscher, of ingetogen en intellectuelen als Magnus Carlsen. Voor ons Simpele jongens uit de Bollenstreek is de enige route naar het grootmeesterschap, een carrière in het onderwijs. Althans, dat dachten we. Eén van de grootste schaaktalenten van Nederland groeide op in Noordwijk en bewees het tegendeel. Een aflevering over Daniël Noteboom.