De Zes Zwanen is een sprookje over een koning die trouwt met een heks en zes zonen en een dochter uit een eerder huwelijk heeft. De heks betovert de zonen in zwanen en het zusje gaat op zoek naar hen. Om de betovering te verbreken, moet ze zes jaar lang zwijgen en zes hemden van asterbloemen maken. Tijdens haar zoektocht wordt ze valselijk beschuldigd en veroordeeld, maar net voordat ze verbrand wordt, komen de zwanen aanzweven. Ze gooit de hemden over hen heen, waardoor ze weer mens worden, hoewel één broer een zwanenvleugel behoudt omdat een hemd niet af is. De koningin spreekt, legt haar onschuld uit, de boze stiefmoeder wordt gestraft, en ze leven nog lang en gelukkig.